Een ondernemer die wil groeien moet een leider zijn. Je mensen coachen, een langetermijnplanning kunnen maken én uitvoeren. En dat allemaal het liefst met een beetje charisma. Help! Hoe doe je dat?
Even kort door de bocht: de gemiddelde manager in een multinational heeft het makkelijk. Hij stuurt zijn mensen aan en ieder kwartaal stopt hij de cijfers in een envelop en stuurt ze naar boven. Dan roept hij tegen zijn mensen dat ze er een schepje bovenop moeten doen, en gaat over tot de orde van de dag. De ondernemer niet. Die is immers tegelijk baas, medewerker, motivator, coach, schouder-om-uit-te-huilen, financieel analist en strateeg. Dat vraagt nogal wat van die ondernemer, en het heet leiderschap. Het begrip kan gevuld worden met een boel ingrediënten, maar één van de belangrijkste is toch wel overtuiging. Een ware leider legt een besluit niet op, maar zorgt ervoor dat mensen het zichzelf opleggen, zei Nelson Mandela al. Er zijn een aantal kenmerken aan te wijzen waaraan een overtuigende leider zou moeten voldoen. We zochten een paar voorbeelden en inderdaad: de gekozen mannen voldoen aan die eigenschappen. Het maakte ze groot.
Hufter
Is het moeilijk om een inspiratievolle, charismatische leider te zijn? Ja, ontdekte Robert Sutton, hoogleraar Management Science aan de Stanford University. Uit een enquête onder bijna achtduizend Amerikanen bleek dat 37 procent van hen te maken heeft met een hufter op het werk. In 72 procent van die gevallen bleek een hogergeplaatste de boosdoener. Meer dan twintig miljoen Amerikanen zijn de laatste jaren van baan veranderd vanwege hun baas. Sutton schreef er een bestseller over.
Ook in Nederland stikt het van de bazen, en er is geen enkele reden om aan te nemen dat onze situatie erg verschilt van de Amerikaanse. Volgens het CBS zijn er in Nederland ruim één miljoen mensen die leidinggeven aan vijf of meer mensen, zo’n 14 procent van de beroepsbevolking. Daar vallen dus ook alle ondernemers onder, minus de zzp’ers en kleine bedrijfjes.
Vertrouwensband
In de lijn van het tegengaan van huftergedrag ligt de nu heersende gedachte onder grote denkers bij ‘leiderschap is niet zozeer een gezagskwestie, maar meer een sociaal ding’, zo ontdekte De Baak bij een rondetafelsessie. Daarbij is de leider niet alleen zender, maar ook luisteraar. Gids en leerling leren van elkaar, het is geen eenrichtingsverkeer. Zo ontstaat een vertrouwensband die het werk overstijgt. Gesprekken gaan ook over andere zaken. En, niet onbelangrijk voor de onderneming: er mag onzekerheid en chaos bestaan op de werkvloer. Met verstoringen zoals een crisis wordt dan realistisch omgegaan zonder in paniek te raken. Je doet gewoon, samen met anderen, wat nodig is in het moment.
Een ander bewijs dat de autoritaire baas uit de mode is, levert UvA-psycholoog Gerben van Kleef. Werknemers die hechten aan harmonie presteren minder goed als hun baas hen boos bejegent, zo ontdekte hij. Van Kleef en zijn collega's onderwierpen 112 mensen aan vragen op het gebied van agreeableness, een begrip dat meestal wordt vertaald met ‘de behoefte aan vriendelijkheid en harmonie’. Hoe meer agreeable iemand scoort, hoe meer hij de behoefte heeft om aardig gevonden te worden én, zo blijkt uit het onderzoek Van Kleef, hoe meer deze persoon verwacht dat andere mensen zich ook vriendelijk naar hem gedragen. Klinkt heel normaal (‘behandel een ander zoals u zelf behandeld wilt worden’), maar in de praktijk is dat dus niet zo, blijkt uit de onderzoeken van Sutton.
De Amerikaanse leiderschapsgoeroe Patty Vogan weet goed leiderschap te versimpelen tot vijf basisprincipes. Volgens haar heeft een leider allereerst visie en passie nodig, en daarnaast moet hij of zij een teambuilder én een goede beslisser zijn. Haar vijfde - en eigenlijk ook belangrijkste punt - is karakter. Vogan vat dat samen als zelfkennis. “Iedere grote leider heeft naar zichzelf gekeken, naar zijn zwaktes en zijn kracht, en hoe die zijn leiderschap beïnvloeden. Zonder karakter heb je niks aan de eerste vier principes.”
Tegendraads
Ondernemers hebben nog wel eens de neiging om excentriek en tegendraads te zijn. Als ze de menselijke kant van hun leiderschap in de gaten houden, kan dat tot mooie dingen leiden. De neuzen dezelfde kant op, heet dat in managerstaal. Toen Walt Disney begon met de bouw van Disneyland, wilde hij eerst dat het kasteel gebouwd werd, ook al was dat totaal onlogisch voor het bouwplan. Disney wilde echter dat alle bouwers de magie al zouden voelen, zodat ze meer gevoel zouden krijgen bij de bouw van de rest van het park.
Ingvar Kamprad, oprichter van Ikea, zoekt het in eenvoud. De man is steenrijk, maar loopt daar niet mee te koop. Hij rijdt in een oude Volvo (‘bijna nieuw, slechts vijftien jaar oud’) en vliegt nooit businessclass. “Als er zoiets als goed leiderschap bestaat, dan is dat het geven van het goede voorbeeld. Hoe kan ik mijn mensen vragen goedkoop te reizen, als ik dat zelf in alle luxe doe?”
Howard Schultz wist met groot doorzettingsvermogen koffieketen Starbucks tot een succes te maken. Dat deed hij niet alleen. Over zijn leiderschap zei hij: “Ik denk dat het heel moeilijk is om aan mensen leiding te geven als zij niet actief deelnemen aan de beslissingen. Je zult mensen niet binnenhalen en behouden als ze niet het gevoel hebben dat ze meeschrijven aan de strategie. Als je mensen niet de mogelijkheid geeft om écht betrokken te zijn, dan zijn ze weg.”